Vogelkers (Europese)

Hier vind je meer informatie over de Vogelkers (Europese)

Algemeen

Midden in de lente, in de maanden april en mei zie je de trosvormige bloeiwijzen van de Gewone vogelkers, Prunus padus L., uit de Rozenfamilie, of Rosaceae. In veel struwelen is het een struik, maar soms kan de soort ook wel uitgroeien tot een 15 m hoge boom in de rijkere bossen, waarin hij graag staat. Hij wordt ook wel Vogelkers genoemd.

De stammen of takken ontspruiten aan de wortels, waaruit ook veel opslag te voorschijn komt. De schors is bruin en jonge twijgen zijn groen van kleur.

De enkelvoudige bladeren staan verspreid aan de takken en twijgen. Ze zijn lichtgroen van kleur. In tegenstelling tot de bladeren van de Amerikaanse vogelkers zijn ze niet glanzend en leerachtig. De vorm is elliptisch tot langwerpig en de bladrand is gezaagd.

Voor insecten vormt de nectar van de vogelkersbloesems een waar feestmaal, maar er valt nog meer te smullen aan deze boom. Aan de bladsteel zitten namelijk twee honingklieren, die een lekkernij uitscheiden waar bijen, mieren en kevers verzot op zijn. De glanzende, donkerblauwe tot zwarte bessen die in het najaar aan de takken en twijgen verschijnen, zijn dan weer een favoriet kostje voor veel vogels – vandaar de naam ‘vogelkers’. 

Voor mensen zijn ze wat lastiger verteerbaar, al kan je er wel lekkere wijn, gelei en siroop van maken. Ook de bloesems zijn geschikt voor thee, siroop of limonade, maar overdrijf niet met de hoeveelheid: ze bevatten blauwzuur-glycosiden, wat de bloemen bij een zekere dosis licht giftig maakt.

Kenmerken


Grondsoorten

0 = niet ingevuld, 1 = ongeschikt, 5 = zeer geschikt
Grondsoort Geschiktheid
Lichte klei
Zware klei
Zand
Veen
Leem
Moerig op zand
Lichte zavel
Zware zavel

Watertrap

0 = niet ingevuld, I = laag, VIII = hoog
I
II
III
IV
V
VI
VII
VIII

Zuurtegraad

pH1 = laag, pH9 = hoog
0.0
0.5
1.0
1.5
2.0
2.5
3.0
3.5
4.0
4.5
5.0
5.5
6.0
6.5
7.0
7.5
8.0
8.5
9.0

Voedselrijkdom

1.0
1.5
2.0
2.5
3.0
3.5
4.0
4.5
5.0
5.5
6.0
6.5
7.0
7.5
8.0
8.5
9.0

Vochtigheid

1.0
1.5
2.0
2.5
3.0
3.5
4.0
4.5
5.0
5.5
6.0
6.5
7.0
7.5
8.0
8.5
9.0

Lichtbehoefte

  • Half-schaduw
  • Toelichting

    Grondsoorten
    Een overzicht van grondsoorten met een aanduiding over hoe geschikt deze is voor deze soort.

    Lichtbehoefte
    Lichtbehoefte van de soort.

    Watertrap
    Watertrap voor de soort van laag (I) t/m hoog (VIII).

    Zuurtegraad
    pH-waarde range waarbinnen de soort gedijt.

    Voedselrijkdom
    Benodigde voedselrijkdom bodem.

    1. Zeer voedselarme bodem
    2. Zeer voedselarme tot voedselarme bodem
    3. Voedselarme bodem
    4. Voedselarme tot matig voedselrijke bodem
    5. Matig voedselrijk tot voedselrijke bodem
    6. Matig voedselrijk tot voedselrijke bodem
    7. Voedselrijke bodem
    8. Uitgesproken voedselrijke bodem
    9. Zeer uitgesproken voedselrijke bodem

    Bij welke streek past deze boomsoort?

    0 = niet ingevuld, 1 = ongeschikt, 5 = zeer geschikt
    Streek Geschiktheid
    Wadden en noordelijke duinstreek (duinstreek ten noorden van Bergen): TEXEL
    Drents Plateau en Friese Wouden: SMILDE
    Friese en Groningse zeeklei: FRANEKER EN LOPPERSUM
    Friese Meren tot Weerribben: SNEEK EN GIETHOORN
    Reestdal: OUD-AVEREERST
    Vechtdal: OMMEN
    IJsseldal: DEVENTER
    Regge en Sallandse Heuvelrug: NIJVERDAL
    Twente: DENEKAMP
    Achterhoek: WINTERSWIJK
    Gelderse Poort en Pannerden (Oostelijke Rijn: Millingerwaard, Ooijpolder tot Arnhem): LOO
    Rijk van Nijmegen (Stuwwallen m.u.v. Rijn en Maas): BERG EN DAL
    Brabantse Maasstreek: HAARSTEEG
    Limburgse Maasstreek: TEGELEN
    Brabantse zandgronden: BREDA EN EINDHOVEN
    De Peel: VENHORST
    Limburgs heuvelland: VALKENBURG
    Zeeuwse zandgronden: BURGH-HAAMSTEDE
    Zuidwestelijke zeekleipolders (Zeeuwse en Zuid-Hollandse zeekleipolders): ACHTHUIZEN
    Laaglandrivieren (Rotterdam, Dordrecht, de Lek, de Betuwe): ALBLASSERDAM EN ECHTELD
    Centrale stuwwallen (Het Gooi, Utrechtse Heuvelrug, Veluwe en Gelderse Vallei): HILVERSUM EN OTTERLO
    IJsselmeerpolders en Zuiderzeedijken: DRONTEN
    Hollands en Utrechts laagveengebied: BROEK IN WATERLAND EN NIEUWKOOP
    West-Friesland: SPANBROEK
    Kalkrijke Hollandse duinstreek: VELSEN-NOORD EN WASSENAAR
    Kop van Overijssel

    Toe te passen in landschappen

    0 = niet ingevuld, 1 = ongeschikt, 5 = zeer geschikt
    Landschap Geschiktheid
    Voedselbos
    Haag
    Heg
    Bos
    Voederhaag
    Achtertuin
    Kleine achtertuin
    Solitair
    Houtwal

    Cultuurhistorische waarde

    0 = niet ingevuld, 1 = laag, 9 = hoog

    Geschikt voor zoogdieren?

    giftig, 1 = ongeschikt, 5 = zeer geschikt
    Zoogdier Geschiktheid
    Dassen
    Eekhoorn
    Fret
    Geit
    Herbivore knaagdieren
    Hert
    Hond
    Kat
    Kip
    Koe
    Mens
    Muis
    Paard
    Ree
    Schaap
    Varken
    Vossen
    Zwijn
    Bevers

    Toelichting

    Eetbaarheid

    • Giftig: Deze boom of struik is giftig voor zoogdieren en absoluut ongeschikt om te eten.
    1. Zeer ongeschikt: Deze boom of struik is ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan schadelijk zijn.
    2. Ongeschikt: Deze boom of struik is meestal ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan nadelige effecten hebben.
    3. Matig geschikt: Deze boom of struik is in beperkte mate geschikt als voedsel voor zoogdieren, mogelijk met bepaalde risico's of beperkingen.
    4. Geschikt: Deze boom of struik is over het algemeen geschikt als voedsel voor zoogdieren, met weinig tot geen risico's.
    5. Zeer geschikt: Deze boom of struik is zeer geschikt als voedsel voor zoogdieren, veilig en van hoge voedingswaarde.

    Algemeen

    Origine
    Inheems
    Boomtype Struik

    Lengte en leeftijd

    Lengte in ca. 10 jaar 8 tot 10 Meter
    Voortplantingsrijp in hoeveel jaar tot Jaar
    Maximale leeftijd tot Jaar
    Benodigde ruimte tot m2
    Groeisnelheid

    Vermeerdering

    Voortplantingsmethode
    Maakt opschot
    Maakt zaailingen
    Verspreidingssnelheid/vermeerdering
    Boom is zelfbestuivend Ja

    Snoeiperiode

    Deze boom is bladhoudend Ja
    Zomer Niet snoeien in de zomer
    Winter januari tot maart
    Bladvormen Elliptisch
    Gemakkelijk te snoeien Nee

    Kenmerken Bast zaailing (50-200cm)

    Lenticellen Ja
    Kleur

    Kenmerken Knop (50-200cm)

    Kleur
    Knop stand
    Rechtopstaand
    Knop vorm
    Puntig

    Overige

    Wortel
    Breed wortelstelsel
    Bloei
    Heeft bloemen
    Heeft vruchten
    Windgevoeligheid Matig gevoelig voor (zee)wind

    Ziektes

    Is gevoelig voor de volgende ziekten Informatie niet beschikbaar

    Insecten

    Hoeveel insecten leven er gemiddeld op deze boom/plant? 40
    Welke insecten groepen leven op deze boom/plant?
    Bijen
    Vlinders
    Kevers
    Luizen
    Mieren
    Zijn er insecten afhankelijk van deze soort? Nee
    Welke soorten insecten zijn er afhankelijk van deze boom/plant?

    Vogels

    Gemiddeld aantal vogels per boom/plant?
    Welke vogel groepen leven op deze boom/plant?
    Merels
    Zijn er vogels afhankelijk van deze soort? Nee
    Welke soorten vogels zijn er afhankelijk van deze boom/plant?

    Zoogdieren

    Gemiddeld aantal zoogdieren per boom/plant?
    Welke zoogdier groepen leven op deze boom/plant?
    Zijn er zoogdieren afhankelijk van deze soort? Nee
    Welke soorten zoogdieren zijn er afhankelijk van deze boom/plant?

    Bloeiperiode

    Zomer april tot mei

    Boomsoorten

    Boomsoorten waarbij deze boom graag staat

    Stam hoogte

    Gemiddelde stam hoogte (hg) van de grondvlakmiddenboom

    van - tot, in hele meters, gemiddelde

    Informatie niet beschikbaar

    Stam diameter

    (dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom.

    van - tot, in hele centimeters, gemiddelde

    Informatie niet beschikbaar

    Biomassa bovengronds

    in hele kg

    Informatie niet beschikbaar

    Biomassa ondergronds

    in hele kg

    Informatie niet beschikbaar

    Stoffenbinder

    Informatie niet beschikbaar

    Koolstofattractie (kf)

    (dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom Loofbomen (Kf = 0,48)

    Opwarming

    Deze boom is goed bestand tegen de opwarming (plus 3 graden) van ons klimaat en past in de toekomst van ons klimaat (hitte en droogte bestendig) en past in de toekomst ook goed in Nederland. Nee

    Plant instructie

    Wortels minstens 10 cm onder de grond

    Onderhouds instructie

    Om de Prunus padus goed te verzorgen is het belangrijk om de grond altijd licht vochtig te houden. Geef de plant regelmatig water, vooral tijdens droge periodes. Zorg ervoor dat de grond niet te nat wordt, dit kan leiden tot wortelrot. De Prunus padus heeft weinig onderhoud nodig. Verwijder regelmatig dode of zieke takken om de plant gezond te houden. Snoei de plant in het voorjaar om de vorm te behouden en om nieuwe groei te stimuleren.

    Oogst/herkenning in de winter

    Prunusachtige met niet gladde bladeren; in de winter niet of nauwelijks van Amerikaanse vogelkers te onderscheiden die gladde glimmende bladeren heeft en zwarte schors met stippels; maakt makkelijk afleggers + aparte geur.

    Biotoop

    Vogelkers groeit meestal in nogal schaduwrijke loofbossen op vochtige tot natte, humeuze en voedselrijke, zandige tot lemige bodems. Qua zuurgraad houdt de soort van matigheid: sterk zure gronden worden gemeden. Men vindt ze vaak in rivier- en beekdalbossen met bewegend grondwater, in kwel- en bronzones. Ze doorstaat zonder probleem tijdelijke overstroming en is kenmerkend voor het vogelkers-essenbos. Vaak is vogelkers slechts in kleine aantallen aanwezig, zodat de soort zeker buiten de bloeiperiode niet altijd wordt opgemerkt. Ook in wat vochtigere eiken-haagbeukenbossen in de omgeving van kwelzones kan ze opduiken (en ook daar dikwijls in gering aantal). Wanneer de boom aan de rand van het bos staat, valt de soort uiteraard meer op. Buiten het bos groeit ze soms in houtkanten, vooral in de buurt van waterlopen. Slechts zeer zelden vindt men ze in hagen.


    Zaailing
    Zaailing
    10 jaar
    Bloeiwijze
    Volwassen boom