Rimpelroos/Japanse bottelroos
Algemene kenmerken van een Rimpelroos/Japanse bottelroos
Rimpelroos of Japanse bottelroos (Rosa rugosa) is een soort uit het geslacht roos (Rosa). Het is een van oorsprong Oost-Aziatische struik die (onder andere) in België en Nederland veel wordt aangeplant en verwilderd. Het is alhier een invasieve exoot die schadelijk is voor de natuur, in het bijzonder de kalkrijke duinen. Doordat knoppen aan de wortels kunnen uitlopen en nieuwe scheuten kunnen vormen (wortelopslag), vindt snelle uitbreiding van de populatie plaats. Er ontstaan dichte, eenvormige vegetaties die de oorspronkelijke vegetatie verdringen. Hierdoor worden ook de dieren bedreigd die afhankelijk zijn van de oorspronkelijke planten. Rimpelroos verandert ook de fysische omgeving doordat zand, waardoor duinen worden gevormd, minder verstuift. Rimpelroos is een bedreiging voor zowel jonge als oude duinen met een open vegetatie.
Kenmerken
Hoe plant je een Rimpelroos/Japanse bottelroos
Graaf het plantgat een derde dieper en breder dan de wortels. Zet de zaailing erin en houd hem daarbij iets hoger dan de uiteindelijke plantdiepte, in plaats van helemaal op de bodem van je kuil. Uiteindelijk moet de wortelhals op de grens komen tussen grond en lucht. Bij sommige bomen zie je op de wortelhals ook wat ribbeltjes, wat het makkelijker maakt. Als je de boom erin zet, houd deze dan stabiel. De wortels mogen tijdens het planten niet omhoog wijzen en geen draai maken, anders wordt de boom instabiel of kan hij zichzelf wurgen. Zorg ook dat je de wortels zoveel mogelijk spreidt. De wortels krijgen zo voldoende doorwortelbare ruimte.
Vul het gat met vochtige losse grond. Zorg ervoor dat de aarde die de haarwortels (de wortels die dunner dan 1 millimeter zijn) raakt goed verkruimeld is. Schud de boom iets op en neer, zodat de grond tussen de haarwortels komt.
Plaats circa 10 centimeter grond boven de haarwortels en druk het licht aan met de voet, zodat de wortels goed contact kunnen maken met het bodemvocht.
Kijk voor een uitgebreide plant instructie in de plant handleiding op onze website.
https://meerbomen.nu/over-de-actie/planten/handleiding-bomen-verplanten/
Hoe oogst je een Rimpelroos/Japanse bottelroos
Steek de spade op een afstand van 30 tot 45 cm van de stam diagonaal in de grond. Werk voorzichtig rondom de zaailing door de spade in een cirkelvormige beweging in de grond te steken. Gebruik de spade als hefboom om de zaailing voorzichtig los te maken, waarbij je probeert zoveel mogelijk van het wortelstelsel intact te houden. Til de zaailing uiteindelijk met beide handen uit de grond om schade aan de wortels te voorkomen.
Verzorgen en snoeien van je Rimpelroos/Japanse bottelroos
Rimpelroos gedijt bij vroege lente snoei, waarbij dode takken worden verwijderd, oude stokken worden ingekort en takken worden uitgedund voor een betere luchtcirculatie. Dit bevordert de bloei, stimuleert een gezonde groei en houdt de grootte onder controle. Gebruik altijd schone gereedschappen en volg dit op met zorg om ziektes te voorkomen
Rimpelroos gedijt in omgevingen met gematigde vochtigheid en geeft de voorkeur aan consistente bodemhydratie. Het bewateren om de 1-2 weken is voldoende.
Waar groeit een Rimpelroos/Japanse bottelroos
Rimpelroos is een soort die voorkomt op droge, kalkhoudende, matig voedselarme tot voedselrijke bodem. De soort komt vooral vooral in kalkrijke duinlandschappen. Ze verdraagt zeesproei en stuivend zand goed; vaak is zij dan ook een van de eerste struiken achter de zeereep. In niet-kustgebonden landschappen komt rimpelroos veel voor in stedelijke milieus, zoals in zandige (midden)bermen van (snel)wegen en spoorwegen. Vooral langs wegen waar 's winters veel gebruikt wordt gemaakt van strooizout kan de soort vegetatievormend optreden.
Algemeen
Origine |
Inheems
Invasief
|
Boomtype | Struik |
Lengte en leeftijd
Lengte in ca. 10 jaar | 0 tot 2 Meter |
Voortplantingsrijp in hoeveel jaar | tot Jaar |
Maximale leeftijd | tot Jaar |
Benodigde ruimte | tot m2 |
Groeisnelheid |
Vermeerdering
Voortplantingsmethode |
Maakt opschot
Maakt zaailingen
|
Verspreidingssnelheid/vermeerdering |
|
Boom is zelfbestuivend | Nee |
Snoeiperiode
Deze boom is bladhoudend | Nee |
Zomer | Niet snoeien in de zomer |
Winter | oktober tot maart |
Bladvormen | Elliptisch |
Gemakkelijk te snoeien | Ja |
Kenmerken Bast zaailing (50-200cm)
Kleur |
Kenmerken Knop (50-200cm)
Kleur | |
Knop stand |
Verspreidstaand
|
Knop vorm |
Puntig
|
Overige
Wortel | Informatie niet beschikbaar |
Bloei |
Heeft bloemen
Heeft vruchten
|
Windgevoeligheid | Niet gevoelig voor (zee)wind |
Ziektes
Is gevoelig voor de volgende ziekten | Informatie niet beschikbaar |
Oogst/herkenning in de winter
Lange puntige groene knoppen aan bast die stekelig is.
Geschikte grondsoorten voor de Rimpelroos/Japanse bottelroos
Grondsoort | Geschiktheid |
---|---|
Lichte klei |
|
Zware klei |
|
Zand |
|
Veen |
|
Leem |
|
Moerig op zand |
|
Lichte zavel |
|
Zware zavel |
|
Geschikte waterstand voor de Rimpelroos/Japanse bottelroos
Geschikte zuurtegraad voor de Rimpelroos/Japanse bottelroos
Voedingsbehoefte Rimpelroos/Japanse bottelroos
1. | Zeer voedselarme bodem |
2. | Zeer voedselarme tot voedselarme bodem |
3. | Voedselarme bodem |
4. | Voedselarme tot matig voedselrijke bodem |
5. | Matig voedselrijk bodem |
6. | Matig voedselrijk tot voedselrijke bodem |
7. | Voedselrijke bodem |
8. | Uitgesproken voedselrijke bodem |
9. | Zeer uitgesproken voedselrijke bodem |
Vochtigheid
1. | Extreem droge bodems |
2. | Extreem droge tot droge bodems |
3. | Droge bodems |
4. | Droge tot droge/vochtige bodems |
5. | Droge/vochtige bodems |
6. | Droge/vochtige tot vochtige bodems |
7. | Vochtige bodems |
8. | Vochtige tot natte bodems |
9. | Natte bodems |
Lichtbehoefte van de Rimpelroos/Japanse bottelroos
Bij welke streek past deze boomsoort?
Streek | Geschiktheid |
---|---|
Wadden en noordelijke duinstreek (duinstreek ten noorden van Bergen): TEXEL |
|
Drents Plateau en Friese Wouden: SMILDE |
|
Friese en Groningse zeeklei: FRANEKER EN LOPPERSUM |
|
Friese Meren tot Weerribben: SNEEK EN GIETHOORN |
|
Reestdal: OUD-AVEREERST |
|
Vechtdal: OMMEN |
|
IJsseldal: DEVENTER |
|
Regge en Sallandse Heuvelrug: NIJVERDAL |
|
Twente: DENEKAMP |
|
Achterhoek: WINTERSWIJK |
|
Gelderse Poort en Pannerden (Oostelijke Rijn: Millingerwaard, Ooijpolder tot Arnhem): LOO |
|
Rijk van Nijmegen (Stuwwallen m.u.v. Rijn en Maas): BERG EN DAL |
|
Brabantse Maasstreek: HAARSTEEG |
|
Limburgse Maasstreek: TEGELEN |
|
Brabantse zandgronden: BREDA EN EINDHOVEN |
|
De Peel: VENHORST |
|
Limburgs heuvelland: VALKENBURG |
|
Zeeuwse zandgronden: BURGH-HAAMSTEDE |
|
Zuidwestelijke zeekleipolders (Zeeuwse en Zuid-Hollandse zeekleipolders): ACHTHUIZEN |
|
Laaglandrivieren (Rotterdam, Dordrecht, de Lek, de Betuwe): ALBLASSERDAM EN ECHTELD |
|
Centrale stuwwallen (Het Gooi, Utrechtse Heuvelrug, Veluwe en Gelderse Vallei): HILVERSUM EN OTTERLO |
|
IJsselmeerpolders en Zuiderzeedijken: DRONTEN |
|
Hollands en Utrechts laagveengebied: BROEK IN WATERLAND EN NIEUWKOOP |
|
West-Friesland: SPANBROEK |
|
Kalkrijke Hollandse duinstreek: VELSEN-NOORD EN WASSENAAR |
|
Kop van Overijssel |
|
Toe te passen in landschappen
Landschap | Geschiktheid |
---|---|
Voedselbos |
|
Haag |
|
Heg |
|
Bos |
|
Voederhaag |
|
Achtertuin |
|
Kleine achtertuin |
|
Solitair |
|
Houtwal |
|
Cultuurhistorische waarde
Insecten
Hoeveel insecten leven er gemiddeld op deze boom/plant? | |
Welke insecten groepen leven op deze boom/plant? |
|
Zijn er insecten afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten insecten zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Vogels
Gemiddeld aantal vogels per boom/plant? | |
Welke vogel groepen leven op deze boom/plant? |
|
Zijn er vogels afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten vogels zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Zoogdieren
Gemiddeld aantal zoogdieren per boom/plant? | |
Welke zoogdier groepen leven op deze boom/plant? |
|
Zijn er zoogdieren afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten zoogdieren zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Bloeiperiode
Zomer | juni tot september |
Boomsoorten
Boomsoorten waarbij deze boom graag staat |
|
Geschikt voor zoogdieren?
Zoogdier | Geschiktheid |
---|---|
Paard |
|
Mens |
|
Bevers |
|
Dassen |
|
Eekhoorn |
|
Fret |
|
Geit |
|
Herbivore knaagdieren |
|
Hert |
|
Hond |
|
Kat |
|
Kip |
|
Koe |
|
Muis |
|
Ree |
|
Schaap |
|
Varken |
|
Vossen |
|
Zwijn |
|
Toelichting
Eetbaarheid
- Giftig: Deze boom of struik is giftig voor zoogdieren en absoluut ongeschikt om te eten.
- Zeer ongeschikt: Deze boom of struik is ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan schadelijk zijn.
- Ongeschikt: Deze boom of struik is meestal ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan nadelige effecten hebben.
- Matig geschikt: Deze boom of struik is in beperkte mate geschikt als voedsel voor zoogdieren, mogelijk met bepaalde risico's of beperkingen.
- Geschikt: Deze boom of struik is over het algemeen geschikt als voedsel voor zoogdieren, met weinig tot geen risico's.
- Zeer geschikt: Deze boom of struik is zeer geschikt als voedsel voor zoogdieren, veilig en van hoge voedingswaarde.
Stam hoogte
Gemiddelde stam hoogte (hg) van de grondvlakmiddenboom
Informatie niet beschikbaar
Stam diameter
(dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom.
Informatie niet beschikbaar
Biomassa bovengronds
in hele kgInformatie niet beschikbaar
Biomassa ondergronds
in hele kgInformatie niet beschikbaar
Stoffenbinder
Welke stoffen kunnen worden gebonden of opgenomen? |
CO2
Fijnstof
|
Koolstofattractie (kf)
(dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom | Loofbomen (Kf = 0,48) |
Opwarming
Deze boom is goed bestand tegen de opwarming (plus 3 graden) van ons klimaat en past in de toekomst van ons klimaat (hitte en droogte bestendig) en past in de toekomst ook goed in Nederland. | Nee |