Algemeen
De Okkernoot, in de volksmond de Walnoot genoemd naar zijn vruchten, is gemakkelijk te herkennen aan de oneven geveerde bladeren, die verspreid aan de takken en twijgen staan. De bladeren bestaan meestal uit 7 tot 9 deelblaadjes. De mannelijke bloemen zijn lange groene katjes, de vrouwelijke bloemen zijn klein en flesvormig. De stam van de Okkernoot ziet er door het afbladderen en afschilferen van de bast een beetje uit als de stam van een plataan, maar de kleurschakering blijft binnen een aantal grijstinten. De boom levert vruchten na zo'n 10 a 15 jaar en bloeit vroeg in het jaar. De vruchten zijn bolvormig tot zo'n 3,5 cm groot, groen en binnenin zit de noot met zijn harde gerimpelde schaal.
Direct na de bevruchting begint de walnoot te groeien. De noot zit dan al in de bolster. Na ongeveer 3 maanden is de walnoot volgroeid. Eind september / begin oktober zal de binnenkant van de bolster veranderen. Het weefsel tussen de bolster en de noot zal bruin worden, zodat de bolster niet meer vastzit aan de noot. Halverwege oktober zal de bolster opensplijten en de walnoot (dus noot met schaal) eruit vallen. Walnoten die op de grond vallen zijn rijp voor consumptie.
De walnoot is het best als solitair te planten.
Kenmerken
Grondsoorten
Grondsoort | Geschiktheid |
---|---|
Lichte klei |
|
Zware klei |
|
Zand |
|
Veen |
|
Leem |
|
Moerig op zand |
|
Lichte zavel |
|
Zware zavel |
|
Watertrap
Zuurtegraad
Voedselrijkdom
Vochtigheid
Lichtbehoefte
Toelichting
Grondsoorten
Een overzicht van grondsoorten met een aanduiding over hoe geschikt deze is voor deze soort.
Lichtbehoefte
Lichtbehoefte van de soort.
Watertrap
Watertrap voor de soort van laag (I) t/m hoog (VIII).
Zuurtegraad
pH-waarde range waarbinnen de soort gedijt.
Voedselrijkdom
Benodigde voedselrijkdom bodem.
- Zeer voedselarme bodem
- Zeer voedselarme tot voedselarme bodem
- Voedselarme bodem
- Voedselarme tot matig voedselrijke bodem
- Matig voedselrijk tot voedselrijke bodem
- Matig voedselrijk tot voedselrijke bodem
- Voedselrijke bodem
- Uitgesproken voedselrijke bodem
- Zeer uitgesproken voedselrijke bodem
Bij welke streek past deze boomsoort?
Streek | Geschiktheid |
---|---|
Wadden en noordelijke duinstreek (duinstreek ten noorden van Bergen): TEXEL |
|
Drents Plateau en Friese Wouden: SMILDE |
|
Friese en Groningse zeeklei: FRANEKER EN LOPPERSUM |
|
Friese Meren tot Weerribben: SNEEK EN GIETHOORN |
|
Reestdal: OUD-AVEREERST |
|
Vechtdal: OMMEN |
|
IJsseldal: DEVENTER |
|
Regge en Sallandse Heuvelrug: NIJVERDAL |
|
Twente: DENEKAMP |
|
Achterhoek: WINTERSWIJK |
|
Gelderse Poort en Pannerden (Oostelijke Rijn: Millingerwaard, Ooijpolder tot Arnhem): LOO |
|
Rijk van Nijmegen (Stuwwallen m.u.v. Rijn en Maas): BERG EN DAL |
|
Brabantse Maasstreek: HAARSTEEG |
|
Limburgse Maasstreek: TEGELEN |
|
Brabantse zandgronden: BREDA EN EINDHOVEN |
|
De Peel: VENHORST |
|
Limburgs heuvelland: VALKENBURG |
|
Zeeuwse zandgronden: BURGH-HAAMSTEDE |
|
Zuidwestelijke zeekleipolders (Zeeuwse en Zuid-Hollandse zeekleipolders): ACHTHUIZEN |
|
Laaglandrivieren (Rotterdam, Dordrecht, de Lek, de Betuwe): ALBLASSERDAM EN ECHTELD |
|
Centrale stuwwallen (Het Gooi, Utrechtse Heuvelrug, Veluwe en Gelderse Vallei): HILVERSUM EN OTTERLO |
|
IJsselmeerpolders en Zuiderzeedijken: DRONTEN |
|
Hollands en Utrechts laagveengebied: BROEK IN WATERLAND EN NIEUWKOOP |
|
West-Friesland: SPANBROEK |
|
Kalkrijke Hollandse duinstreek: VELSEN-NOORD EN WASSENAAR |
|
Kop van Overijssel |
|
Toe te passen in landschappen
Landschap | Geschiktheid |
---|---|
Voedselbos |
|
Haag |
|
Heg |
|
Bos |
|
Voederhaag |
|
Achtertuin |
|
Kleine achtertuin |
|
Solitair |
|
Houtwal |
|
Cultuurhistorische waarde
Geschikt voor zoogdieren?
Zoogdier | Geschiktheid |
---|---|
Bevers | |
Dassen | |
Eekhoorn | |
Fret | |
Geit | |
Herbivore knaagdieren | |
Hert | |
Hond | |
Kat | |
Kip | |
Koe | |
Mens | |
Muis | |
Paard | |
Ree | |
Schaap | |
Vossen | |
Zwijn | |
Varken |
Toelichting
Eetbaarheid
- Giftig: Deze boom of struik is giftig voor zoogdieren en absoluut ongeschikt om te eten.
- Zeer ongeschikt: Deze boom of struik is ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan schadelijk zijn.
- Ongeschikt: Deze boom of struik is meestal ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan nadelige effecten hebben.
- Matig geschikt: Deze boom of struik is in beperkte mate geschikt als voedsel voor zoogdieren, mogelijk met bepaalde risico's of beperkingen.
- Geschikt: Deze boom of struik is over het algemeen geschikt als voedsel voor zoogdieren, met weinig tot geen risico's.
- Zeer geschikt: Deze boom of struik is zeer geschikt als voedsel voor zoogdieren, veilig en van hoge voedingswaarde.
Algemeen
Origine |
Uitheems
|
Boomtype | Loofboom |
Lengte en leeftijd
Lengte in ca. 10 jaar | 2 tot 3 Meter |
Voortplantingsrijp in hoeveel jaar | 10 tot 15 Jaar |
Maximale leeftijd | 150 tot 200 Jaar |
Benodigde ruimte | 100 tot 400m2 |
Groeisnelheid | Gemiddeld |
Vermeerdering
Voortplantingsmethode |
Maakt zaailingen
|
Verspreidingssnelheid/vermeerdering |
|
Boom is zelfbestuivend | Ja |
Snoeiperiode
Deze boom is bladhoudend | Ja |
Zomer | juni tot oktober |
Winter | Informatie niet beschikbaar |
Bladvormen | Ovaal |
Gemakkelijk te snoeien | Nee |
Kenmerken Bast zaailing (50-200cm)
Kleur |
Kenmerken Knop (50-200cm)
Kleur | |
Knop stand |
Afwisselend
|
Knop vorm |
Eivormig
|
Overige
Wortel |
Diep wortelend
Penwortel
|
Bloei |
Heeft bloemen
Heeft vruchten
|
Windgevoeligheid |
Ziektes
Is gevoelig voor de volgende ziekten | Informatie niet beschikbaar |
Insecten
Hoeveel insecten leven er gemiddeld op deze boom/plant? | 7 |
Welke insecten groepen leven op deze boom/plant? |
Mijten
|
Zijn er insecten afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten insecten zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Vogels
Gemiddeld aantal vogels per boom/plant? | |
Welke vogel groepen leven op deze boom/plant? |
Mezen
Roodborsten
Kraaien
Kauwen
|
Zijn er vogels afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten vogels zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Zoogdieren
Gemiddeld aantal zoogdieren per boom/plant? | |
Welke zoogdier groepen leven op deze boom/plant? |
Eekhoorns
Muizen
Ratten
|
Zijn er zoogdieren afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten zoogdieren zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Bloeiperiode
Zomer | april tot mei |
Boomsoorten
Boomsoorten waarbij deze boom graag staat |
|
Stam hoogte
Gemiddelde stam hoogte (hg) van de grondvlakmiddenboom
Informatie niet beschikbaar
Stam diameter
(dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom.
Informatie niet beschikbaar
Biomassa bovengronds
in hele kgInformatie niet beschikbaar
Biomassa ondergronds
in hele kgInformatie niet beschikbaar
Stoffenbinder
Informatie niet beschikbaar
Koolstofattractie (kf)
(dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom | Loofbomen (Kf = 0,48) |
Opwarming
Deze boom is goed bestand tegen de opwarming (plus 3 graden) van ons klimaat en past in de toekomst van ons klimaat (hitte en droogte bestendig) en past in de toekomst ook goed in Nederland. | Nee |
Plant instructie
Wortels minstens 10 cm onder de grond.
Eventuele ondoordringbare lagen dienen te worden gebroken door diepploegen.De grond moet goed worden gemest met organische stof of stalmest. Om wortelziekten te voorkomen geen walnotenbomen planten direct na bosontginning. Wacht een jaar of drie en verwijder alle oude wortelresten.
Grasland moet minimaal een halfjaar voor aanplant worden gescheurd en ondergewerkt om het gras goed te laten verteren. Doe je dit niet dan slaan de jonge bomen moeilijk aan.
Onderhouds instructie
De walnotenboom Juglans Regia heeft weinig snoei nodig. Belangrijk is dat als je gaat snoeien, je alleen hele takken weghaalt. Er kan gesnoeid worden voor half september. De beste snoeimaand is in juni. In deze maand is de bijzondere boom namelijk in de groei en genezen de snoeiwonden snel. Ziektekiemen krijgen zo weinig kans om de boom aan te tasten. Bij de snoei hoef je alleen dode takken of takken die niet dikker zijn dan 5 centimeter weg te halen. Buiten het groeiseizoen kun je de walnotenboom Juglans Regia beter met rust laten. De walnotenboom mag niet gesnoeid worden tussen 1 januari en 1 mei!
Oogst/herkenning in de winter
Op te kweken uit noten.
Zaailingen kenbaar aan eirond tot vierkante rood/bruine knoppen die afwisselend aan tak staan.
Biotoop
De walnoot groeit op vele grondsoorten, maar groeit het beste op vruchtbare, goed waterdoorlatende, diept bewortelbare grond met veel humus. De walnoot is kalkminnend. De optimale zuurgraad van de grond ligt tussen pH 6,5 en 7,5. De tolerantie ligt tussen pH 5,5, en 8,5. Vooral voor de opbouw van de schaal hebben de bomen veel kalk nodig. De walnoot vergt minimaal 80 cm doorwortelbare grond. De grond moet voor de aanplant van jonge walnotenbomen worden bewerkt.
Het oorspronkelijke verspreidingsgebied van de Okkernoot is het zuidoosten van Europa en het midden van Aziƫ. De boom wordt vanwege de walnoten aangeplant in boomgaarden, bij huizen in tuinen, en in parken. Ook vind je wel aangeplante lanen met Okkernoten. Vanuit die aangeplante situatie verwildert de soort en daardoor is hij ingeburgerd in loofbossen en struweelranden.