Algemeen
Ratelpopulier dankt zijn naam aan het ratelende geluid dat de bladeren maken. Dit komt omdat de bladsteel zijdelings is afgeplat dwars op het vlak van het blad zelf. Hierdoor gaan de bladeren bij een beetje wind al trillen en maken ze een ratelend geluid.
Ratelpopulier neemt tijdens de groei veel basische mineralen zoals calcium en kalium op waardoor het blad relatief basenrijk en snel afbreekbaar is. De soort wordt daarom gezien als rijkstrooiselsoort die de nutriƫntenpomp van de bodem bevordert en verzuring tegengaat.
Ratelpopulieren hebben de hoogste geassocieerde biodiversiteit van alle populieren. Het blad is een belangrijke voedselbron voor veel diersoorten. De relatief hoge pH van de schors van Ratelpopulier maakt de soort aantrekkelijk voor veel, vaak zeldzame, (korst)mossen en insecten. De zachte bast maakt de boom ook aantrekkelijk als nestboom voor spechten en als voedselbron voor de bever. De Ratelpopulier kent een aantal gallen-vormende soorten die uitsluitend aan Ratelpopulier zijn gebonden, bijvoorbeeld de trilgalmug (Diplosis tremulae) en de populierenurntjesgalmug (Harmandiola globuli).
Kenmerken
Grondsoorten
Grondsoort | Geschiktheid |
---|---|
Lichte klei |
|
Zware klei |
|
Zand |
|
Veen |
|
Leem |
|
Moerig op zand |
|
Lichte zavel |
|
Zware zavel |
|
Watertrap
Zuurtegraad
Voedselrijkdom
Vochtigheid
Lichtbehoefte
Toelichting
Grondsoorten
Een overzicht van grondsoorten met een aanduiding over hoe geschikt deze is voor deze soort.
Lichtbehoefte
Lichtbehoefte van de soort.
Watertrap
Watertrap voor de soort van laag (I) t/m hoog (VIII).
Zuurtegraad
pH-waarde range waarbinnen de soort gedijt.
Voedselrijkdom
Benodigde voedselrijkdom bodem.
- Zeer voedselarme bodem
- Zeer voedselarme tot voedselarme bodem
- Voedselarme bodem
- Voedselarme tot matig voedselrijke bodem
- Matig voedselrijk tot voedselrijke bodem
- Matig voedselrijk tot voedselrijke bodem
- Voedselrijke bodem
- Uitgesproken voedselrijke bodem
- Zeer uitgesproken voedselrijke bodem
Bij welke streek past deze boomsoort?
Streek | Geschiktheid |
---|---|
Wadden en noordelijke duinstreek (duinstreek ten noorden van Bergen): TEXEL |
|
Drents Plateau en Friese Wouden: SMILDE |
|
Friese en Groningse zeeklei: FRANEKER EN LOPPERSUM |
|
Friese Meren tot Weerribben: SNEEK EN GIETHOORN |
|
Reestdal: OUD-AVEREERST |
|
Vechtdal: OMMEN |
|
IJsseldal: DEVENTER |
|
Regge en Sallandse Heuvelrug: NIJVERDAL |
|
Twente: DENEKAMP |
|
Achterhoek: WINTERSWIJK |
|
Gelderse Poort en Pannerden (Oostelijke Rijn: Millingerwaard, Ooijpolder tot Arnhem): LOO |
|
Rijk van Nijmegen (Stuwwallen m.u.v. Rijn en Maas): BERG EN DAL |
|
Brabantse Maasstreek: HAARSTEEG |
|
Limburgse Maasstreek: TEGELEN |
|
Brabantse zandgronden: BREDA EN EINDHOVEN |
|
De Peel: VENHORST |
|
Limburgs heuvelland: VALKENBURG |
|
Zeeuwse zandgronden: BURGH-HAAMSTEDE |
|
Zuidwestelijke zeekleipolders (Zeeuwse en Zuid-Hollandse zeekleipolders): ACHTHUIZEN |
|
Laaglandrivieren (Rotterdam, Dordrecht, de Lek, de Betuwe): ALBLASSERDAM EN ECHTELD |
|
Centrale stuwwallen (Het Gooi, Utrechtse Heuvelrug, Veluwe en Gelderse Vallei): HILVERSUM EN OTTERLO |
|
IJsselmeerpolders en Zuiderzeedijken: DRONTEN |
|
Hollands en Utrechts laagveengebied: BROEK IN WATERLAND EN NIEUWKOOP |
|
West-Friesland: SPANBROEK |
|
Kalkrijke Hollandse duinstreek: VELSEN-NOORD EN WASSENAAR |
|
Kop van Overijssel |
|
Toe te passen in landschappen
Landschap | Geschiktheid |
---|---|
Voedselbos |
|
Haag |
|
Heg |
|
Bos |
|
Voederhaag |
|
Achtertuin |
|
Kleine achtertuin |
|
Solitair |
|
Houtwal |
|
Cultuurhistorische waarde
Geschikt voor zoogdieren?
Zoogdier | Geschiktheid |
---|---|
Dassen | |
Eekhoorn | |
Fret | |
Geit | |
Herbivore knaagdieren | |
Hert | |
Hond | |
Kat | |
Kip | |
Koe | |
Mens | |
Muis | |
Paard | |
Ree | |
Schaap | |
Varken | |
Vossen | |
Zwijn | |
Bevers |
Toelichting
Eetbaarheid
- Giftig: Deze boom of struik is giftig voor zoogdieren en absoluut ongeschikt om te eten.
- Zeer ongeschikt: Deze boom of struik is ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan schadelijk zijn.
- Ongeschikt: Deze boom of struik is meestal ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan nadelige effecten hebben.
- Matig geschikt: Deze boom of struik is in beperkte mate geschikt als voedsel voor zoogdieren, mogelijk met bepaalde risico's of beperkingen.
- Geschikt: Deze boom of struik is over het algemeen geschikt als voedsel voor zoogdieren, met weinig tot geen risico's.
- Zeer geschikt: Deze boom of struik is zeer geschikt als voedsel voor zoogdieren, veilig en van hoge voedingswaarde.
Algemeen
Origine |
Inheems
|
Boomtype | Loofboom |
Lengte en leeftijd
Lengte in ca. 10 jaar | 10 tot 12 Meter |
Voortplantingsrijp in hoeveel jaar | 12 tot 15 Jaar |
Maximale leeftijd | 60 tot 100 Jaar |
Benodigde ruimte | tot m2 |
Groeisnelheid |
Vermeerdering
Voortplantingsmethode |
Maakt opschot
Maakt zaailingen
|
Verspreidingssnelheid/vermeerdering |
|
Boom is zelfbestuivend | Nee |
Snoeiperiode
Deze boom is bladhoudend | Nee |
Zomer | Niet snoeien in de zomer |
Winter | oktober tot februari |
Bladvormen | Eirond |
Gemakkelijk te snoeien | Nee |
Kenmerken Bast zaailing (50-200cm)
Lenticellen | Ja |
Kleur |
Kenmerken Knop (50-200cm)
Kleur | |
Knop stand |
Afwisselend
|
Knop vorm |
Puntig
|
Overige
Wortel |
Oppervlakkig wortelend
|
Bloei |
Heeft katjes
|
Windgevoeligheid | Niet gevoelig voor (zee)wind |
Ziektes
Is gevoelig voor de volgende ziekten | Informatie niet beschikbaar |
Insecten
Hoeveel insecten leven er gemiddeld op deze boom/plant? | 88 |
Welke insecten groepen leven op deze boom/plant? |
Vlinders
Muggen
|
Zijn er insecten afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten insecten zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Populierenurntjesgalmug
Trilgalmug
Grote weerschijnvlinder
Kleine weerschijnvlinder
Grote ijsvogelvlinder
|
Vogels
Gemiddeld aantal vogels per boom/plant? | |
Welke vogel groepen leven op deze boom/plant? |
Spechten
|
Zijn er vogels afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten vogels zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Zoogdieren
Gemiddeld aantal zoogdieren per boom/plant? | |
Welke zoogdier groepen leven op deze boom/plant? |
Bevers
|
Zijn er zoogdieren afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten zoogdieren zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Bloeiperiode
Zomer | maart tot april |
Boomsoorten
Boomsoorten waarbij deze boom graag staat |
|
Stam hoogte
Gemiddelde stam hoogte (hg) van de grondvlakmiddenboom
Informatie niet beschikbaar
Stam diameter
(dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom.
Informatie niet beschikbaar
Biomassa bovengronds
in hele kgInformatie niet beschikbaar
Biomassa ondergronds
in hele kgInformatie niet beschikbaar
Stoffenbinder
Informatie niet beschikbaar
Koolstofattractie (kf)
(dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom | Loofbomen (Kf = 0,48) |
Opwarming
Deze boom is goed bestand tegen de opwarming (plus 3 graden) van ons klimaat en past in de toekomst van ons klimaat (hitte en droogte bestendig) en past in de toekomst ook goed in Nederland. | Nee |
Plant instructie
Wordt meestal geleverd als 'slieten'van 1-3 m lang die zelf wortelen; steek zo diep mogelijk 40-60 cm in de grond liefst tot bodemvocht; en liefst vanaf half feb tot eind maart. Minder kans in nov/dec op aanslaan.
Oogst instructie
Slieten verzamelen van (knot)bomen.
Oogst/herkenning in de winter
De jonge bast is glad en geelbruin met grote ruitvormige lenticellen. Bij het ouder worden krijgt de schors langsgroeven en wordt deze donkergrijs of in sommige gevallen wit.
De jonge twijgen zijn koperbruin en tot in mei roodachtig gekleurd. De twijgen zijn rond en niet behaard. De toegespitste, bijna kale, gele tot donkerbruine knoppen zijn iets kleverig.
Biotoop
Ratelpopulier komt voor op voedselarme tot voedselrijke, matig droge tot natte bodems. De beste groei wordt behaald op vochtige, leemhoudende, vruchtbare bodems, maar ook op arme zandgronden wordt nog een goede groei waargenomen. Natte klei- en veengronden zijn ongeschikt vanwege het tekort aan zuurstof voor de wortels.