Goudenregen (Gewone)
Algemene kenmerken van een Goudenregen (Gewone)
Gouden regen is een treurboom die mooie gele hangende bloemen krijgt in juni. De Gouden Regen in bloei is een zeer opvallende verschijning met mooi goudgele bloemtrossen en een van de weinige treurbomen met bloemen. Het grote voordeel van deze boom is dat hij geschikt is voor elke tuin: groot of klein. Daarnaast groeit de boom op bijna elke grond. Deze kleinblijvende boom vraagt weinig onderhoud en is volledig winterhard. Giftig voor dieren en mens.
Kenmerken
Hoe plant je een Goudenregen (Gewone)
Graaf een plantgat dat 1,5 x zo breed is als het wortelstelsel; zorg dat de wortels bedekt zijn met aarde; niet dieper planten dan tot waar de stam begint
Verzorgen en snoeien van je Goudenregen (Gewone)
Een goudenregen in de volle grond heeft meestal voldoende aan de natuurlijke neerslag. Tijdens de droge zomermaanden kan het nodig zijn om extra water te geven.
Een goudenregen wordt bij voorkeur zo weinig mogelijk gesnoeid. De boom kan een snoeibeurt namelijk niet goed verdragen aangezien de snoeiwonden vaak niet goed genezen en beginnen rotten. Aangezien de boom van nature een mooie groeivorm heeft, is het vaak niet eens nodig om te snoeien. Mocht het toch nodig zijn, bijvoorbeeld na een aantasting met een schimmelziekte, dan raden we je aan om de snoeiwonden achteraf te behandelen met een wondafdekmiddel. Zo voorkom je dat ziekteverwekkers de plant binnendringen. Snoei nooit in het najaar en de winter om infecties te vermijden. De beste tijd op een goudenregen te snoeien is direct na de bloei.
Als je wilt voorkomen dat je goudenregen zichzelf uitzaait met behulp van de zaden, dan kan je de peulen aan de basis afsnijden. Zo zorg je ervoor dat de plant haar energie stopt in de vorming van nieuwe bloemen.
Daarnaast is het belangrijk om de plant regelmatig te bemesten met een meststof die speciaal is samengesteld voor bloeiende planten. Dit zal helpen om de bloei te bevorderen en ervoor te zorgen dat de plant voldoende voedingsstoffen krijgt.
Waar groeit een Goudenregen (Gewone)
Je kunt de gouden regen treurboom in elke grondsoort planten, maar hij heeft voorkeur voor lichte klei, zavel en zand. De gouden regen doet het heel goed op een zonnige plek, maar de boom houdt niet van zeer krachtige wind. Ook langdurig natte grond vindt de gouden regen niet prettig – het is dus belangrijk om een plek te kiezen met waterdoorlatende grond.
Algemeen
Origine |
Uitheems
|
Boomtype | Loofboom |
Lengte en leeftijd
Lengte in ca. 10 jaar | 2 tot 3 Meter |
Voortplantingsrijp in hoeveel jaar | tot Jaar |
Maximale leeftijd | 15 tot 20 Jaar |
Benodigde ruimte | tot m2 |
Groeisnelheid |
Vermeerdering
Voortplantingsmethode |
Te stekken (stek is tussen de 5 en 50cm)
Maakt zaailingen
|
Verspreidingssnelheid/vermeerdering |
|
Boom is zelfbestuivend | Ja |
Snoeiperiode
Deze boom is bladhoudend | Ja |
Zomer | juni tot augustus |
Winter | Informatie niet beschikbaar |
Bladvormen | Elliptisch |
Gemakkelijk te snoeien | Nee |
Kenmerken Bast zaailing (50-200cm)
Kleur |
Kenmerken Knop (50-200cm)
Kleur | |
Knop stand | Informatie niet beschikbaar |
Knop vorm |
Eivormig
|
Overige
Wortel |
Oppervlakkig wortelend
|
Bloei |
Heeft bloemen
Heeft vruchten
|
Windgevoeligheid | Matig gevoelig voor (zee)wind |
Ziektes
Is gevoelig voor de volgende ziekten |
Loodglans
|
Oogst/herkenning in de winter
De bladeren van de gouden regen zijn lang gesteeld, elliptisch en drietallig. De onderzijde is licht- tot grijsgroen en fijn behaard. Hij bloeit met gele vlinderbloemen in 10-20 cm lange, hangende trossen. De vruchten zijn 4-8 cm lange peulen, in het begin zijdeachtig behaard, later matbruin. De schors is glad en groenachtig bruin.
Gouden regen is bladverliezend en winterhard.
Geschikte grondsoorten voor de Goudenregen (Gewone)
Grondsoort | Geschiktheid |
---|---|
Lichte klei |
|
Zware klei |
|
Zand |
|
Veen |
|
Leem |
|
Lichte zavel |
|
Zware zavel |
|
Geschikte waterstand voor de Goudenregen (Gewone)
Geschikte zuurtegraad voor de Goudenregen (Gewone)
Voedingsbehoefte Goudenregen (Gewone)
1. | Zeer voedselarme bodem |
2. | Zeer voedselarme tot voedselarme bodem |
3. | Voedselarme bodem |
4. | Voedselarme tot matig voedselrijke bodem |
5. | Matig voedselrijk bodem |
6. | Matig voedselrijk tot voedselrijke bodem |
7. | Voedselrijke bodem |
8. | Uitgesproken voedselrijke bodem |
9. | Zeer uitgesproken voedselrijke bodem |
Vochtigheid
1. | Extreem droge bodems |
2. | Extreem droge tot droge bodems |
3. | Droge bodems |
4. | Droge tot droge/vochtige bodems |
5. | Droge/vochtige bodems |
6. | Droge/vochtige tot vochtige bodems |
7. | Vochtige bodems |
8. | Vochtige tot natte bodems |
9. | Natte bodems |
Lichtbehoefte van de Goudenregen (Gewone)
Bij welke streek past deze boomsoort?
Streek | Geschiktheid |
---|---|
Wadden en noordelijke duinstreek (duinstreek ten noorden van Bergen): TEXEL |
|
Drents Plateau en Friese Wouden: SMILDE |
|
Friese en Groningse zeeklei: FRANEKER EN LOPPERSUM |
|
Friese Meren tot Weerribben: SNEEK EN GIETHOORN |
|
Reestdal: OUD-AVEREERST |
|
Vechtdal: OMMEN |
|
IJsseldal: DEVENTER |
|
Regge en Sallandse Heuvelrug: NIJVERDAL |
|
Twente: DENEKAMP |
|
Achterhoek: WINTERSWIJK |
|
Gelderse Poort en Pannerden (Oostelijke Rijn: Millingerwaard, Ooijpolder tot Arnhem): LOO |
|
Rijk van Nijmegen (Stuwwallen m.u.v. Rijn en Maas): BERG EN DAL |
|
Brabantse Maasstreek: HAARSTEEG |
|
Limburgse Maasstreek: TEGELEN |
|
Brabantse zandgronden: BREDA EN EINDHOVEN |
|
De Peel: VENHORST |
|
Limburgs heuvelland: VALKENBURG |
|
Zeeuwse zandgronden: BURGH-HAAMSTEDE |
|
Zuidwestelijke zeekleipolders (Zeeuwse en Zuid-Hollandse zeekleipolders): ACHTHUIZEN |
|
Laaglandrivieren (Rotterdam, Dordrecht, de Lek, de Betuwe): ALBLASSERDAM EN ECHTELD |
|
Centrale stuwwallen (Het Gooi, Utrechtse Heuvelrug, Veluwe en Gelderse Vallei): HILVERSUM EN OTTERLO |
|
IJsselmeerpolders en Zuiderzeedijken: DRONTEN |
|
Hollands en Utrechts laagveengebied: BROEK IN WATERLAND EN NIEUWKOOP |
|
West-Friesland: SPANBROEK |
|
Kalkrijke Hollandse duinstreek: VELSEN-NOORD EN WASSENAAR |
|
Kop van Overijssel |
|
Toe te passen in landschappen
Landschap | Geschiktheid |
---|---|
Voedselbos |
|
Haag |
|
Heg |
|
Bos |
|
Voederhaag |
|
Achtertuin |
|
Kleine achtertuin |
|
Solitair |
|
Houtwal |
|
Cultuurhistorische waarde
Insecten
Hoeveel insecten leven er gemiddeld op deze boom/plant? | 50 |
Welke insecten groepen leven op deze boom/plant? |
Bijen
Vlinders
Zweefvliegen
Vliegen
Wespen
Luizen
Hommels
Muggen
Mieren
|
Zijn er insecten afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten insecten zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Groentje
|
Vogels
Gemiddeld aantal vogels per boom/plant? | |
Welke vogel groepen leven op deze boom/plant? |
|
Zijn er vogels afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten vogels zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Zoogdieren
Gemiddeld aantal zoogdieren per boom/plant? | |
Welke zoogdier groepen leven op deze boom/plant? |
|
Zijn er zoogdieren afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten zoogdieren zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Bloeiperiode
Zomer | mei tot juni |
Boomsoorten
Boomsoorten waarbij deze boom graag staat |
|
Geschikt voor zoogdieren?
Zoogdier | Geschiktheid |
---|---|
Geit |
|
Kip |
|
Koe |
|
Paard |
|
Schaap |
|
Varken |
|
Dassen |
|
Eekhoorn |
|
Fret |
|
Kat |
|
Hond |
|
Hert |
|
Herbivore knaagdieren |
|
Mens |
|
Muis |
|
Ree |
|
Vossen |
|
Zwijn |
|
Bevers |
|
Toelichting
Eetbaarheid
- Giftig: Deze boom of struik is giftig voor zoogdieren en absoluut ongeschikt om te eten.
- Zeer ongeschikt: Deze boom of struik is ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan schadelijk zijn.
- Ongeschikt: Deze boom of struik is meestal ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan nadelige effecten hebben.
- Matig geschikt: Deze boom of struik is in beperkte mate geschikt als voedsel voor zoogdieren, mogelijk met bepaalde risico's of beperkingen.
- Geschikt: Deze boom of struik is over het algemeen geschikt als voedsel voor zoogdieren, met weinig tot geen risico's.
- Zeer geschikt: Deze boom of struik is zeer geschikt als voedsel voor zoogdieren, veilig en van hoge voedingswaarde.
Stam hoogte
Gemiddelde stam hoogte (hg) van de grondvlakmiddenboom
Informatie niet beschikbaar
Stam diameter
(dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom.
Informatie niet beschikbaar
Biomassa bovengronds
in hele kgInformatie niet beschikbaar
Biomassa ondergronds
in hele kgInformatie niet beschikbaar
Stoffenbinder
Welke stoffen kunnen worden gebonden of opgenomen? |
CO2
Fijnstof
|
Koolstofattractie (kf)
(dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom | Loofbomen (Kf = 0,48) |
Opwarming
Deze boom is goed bestand tegen de opwarming (plus 3 graden) van ons klimaat en past in de toekomst van ons klimaat (hitte en droogte bestendig) en past in de toekomst ook goed in Nederland. | Ja |